Deze uitkomst is natuurlijk heel grappig. (Hondenhouders hoeven zich overigens totaal geen zorgen te maken, want dat komt wel goed.)
Hoe onstaat zoiets en wat moet er nu gebeuren?
De Universiteit van Wageningen (UvW) heeft nogal
out of the blue een aantal maatstaven geformuleerd, waaraan men vervolgens (huis)dieren is gaan toetsen.
In 90% van de gevallen kwamen de uitkomsten overeen met de verwachtingen, waardoor de gehanteerde maatstaven juist leken te zijn.
Bij de hond -hét huisdier bij uitstek!- kwam men echter bedrogen uit.
Wat doe je in zo'n geval?
1. Je komt tot de conclusie dat de gehanteerde maatstaven fout of minstens incompleet zijn.
2. Voor de hond wordt een uitzondering gemaakt.
Zeer waarschijnlijk zal voor de UvW optie 1. niet bespreekbaar zijn, zodat de politiek optie 2. zal gaan toepassen in de nieuwe wet.
NB
Dat de gehanteerde maatstaven onjuist zijn, omdat zij op eenzijdige gronden aan "de natuur" zijn gekoppeld, is weer een andere discussie.